In een Venetiaans appartement wordt het lijk van een rijke oudere vrouw aangetroffen. Haar Roemeense huishoudster, de belangrijkste verdachte, is verdwenen. Als ze kort daarop wordt aangehouden, slaat ze op de vlucht en komt onder een aankomende trein. De vrouw blijkt bovendien een aanzienlijke som geld bij zich te hebben en haar papieren zijn duidelijk vervalst.
Maar als de buurman van de weduwe terugkomt van een zakenreis, blijkt dat de huishoudster het nooit gedaan kan hebben. Bovendien blijkt het geld helemaal niet gestolen te zijn. Commissario Guido Brunetti besluit de zaak op eigen houtje te onderzoeken.
